Contact EN

Zoeken

Generic filters
Exact matches only
alle blogs

Thuiswerken onder vuur: herwaardering van het kantoor

14 oktober 2014

‘Om te innoveren moet je bij elkaar zitten.’

Innovatieve bedrijven geven aan niet meer in nieuw werken te geloven. ‘Om te innoveren moet je bij elkaar zitten.’ Bovendien: ‘Most people still want a space they can call their own.’

Het Nieuwe Werken staat ter discussie. Vorig jaar veroorzaakte ceo Marissa Meyer van Yahoo reuring door het thuiswerken te verbieden. Deze maand kwam een onderzoek uit dat kenniswerkers het liefste een eigen werkplek hadden. En vorige week gaf de oprichter van Booking.com aan dat het bedrijf een paar jaar terug ook met thuiswerken is gestopt. Innovatieve bedrijven die aangeven niet meer in nieuw werken te geloven. Het einde van een trend? Wat tegengeluiden op een rij

Inspiratie door face-to face-contact

Bij Booking.com gaf Geert Jan Bruinsma aan dat door thuiswerken het delen van kennis afnam. Om te innoveren moet je bij elkaar zitten, stelt hij. Hij staat daarin niet alleen. Deze keuze wordt ondersteund door onderzoek  van Ben Waber (zie Businessweek). Dit onderzoek toonde aan dat programmeurs die tijdens hun werk geen contact hadden met collega’s 35% meer tijd nodig hadden om hun taak af te ronden. Contact met vakgenoten blijkt noodzakelijk om snel en vernieuwend te kunnen werken. Natuurlijk, kennis uitwisselen kan ook digitaal. Dat gaat echter niet vanzelf. In de praktijk blijken mensen het liefst online kennis te delen met collega’s die ze kennen. En dat zijn de collega’s die ze dagelijks leven op hun werk treffen. Digitaal kennis delen volgt dus het face-to-face kennis delen.

het nieuwe werken spaces verandercommunicatie interne communicatie

Kenniswerkers samen aan tafel bij Spaces Vijzelstraat Amsterdam

Van samenwerkingscentrum tot campus

Terug naar het klassieke kantoor dan met eigen werkkamers? Nee, dat niet. Volgens een onderzoek van Hewlett-Packard (the 20/20 office) worden kantoren niet overbodig, maar krijgen een andere functie: ‘Grote ondernemingen maken van hun kantoren een vergader- of samenwerkingscentrum voor belangrijke persoonlijke ontmoetingen, zoals verkoop aan klanten, training, intensieve werksessies en sociale evenementen.’ Daarin moeten ze dus niet te ver doorschieten. Ook kenniswerkers willen relatief vaak op kantoor zijn. Die kenniswerkers maken graag gebruik van vaste projectkamers als ze aan een groot project werken. Is dat niet het geval, dan willen die kenniswerkers graag een goede werkplek in de (open) werkruimte. Andere bedrijven, zoals Booking.com, gaan nog verder en denken aan een campusconstructie, waar verschillende disciplines samenwerken op kantoor. Het kantoor als inspiratieplek.

Mix & match

Het gaat daarbij niet om de klassieke werkplekken met vaste afdelingen. Voor innovatie is juist een mix van disciplines goed om te zorgen voor een nieuwe inzichten in het team. Door met mensen van buiten de eigen discipline in een en dezelfde ruimte te werken wordt waardevolle kennis uitgewisseld. Zo kan het productief zijn om medewerkers van marketing en productontwikkeling bij elkaar te zetten. De kans dat de producten passen bij de wensen uit de markt neemt daarmee toe. Het kantoor om met collega’s in de juiste ‘flow’ te komen. Sommige bedrijven hebben de budgetten voor werkplekken om die reden zelfs weer verhoogd.

Thuiswerken verbieden?

Een dagje thuis is natuurlijk geen probleem. Maar systematisch thuiswerken, wat bijvoorbeeld bij Yahoo gebeurde, leidt tot afname van productiviteit en betrokkenheid. Medewerkers voelen zich het meest betrokken, als ze maximaal 20% van hun tijd op locatie werken. De rest van de tijd werken ze het beste samen met collega’s op kantoor. Dat is anders dan tot nu toe werd aangenomen. Van de thuiswerkdag, naar vaste kantoordagen met inspirerende collega’s op de campus. Het lijkt erop dat de voorlopers in Het Nieuwe Werken een ander werkritme hebben, en meer intrinsiek worden gemotiveerd. Voor de grote groep medewerkers, ook kenniswerkers ligt dat anders. ‘Most people still want a space they can call their own’, aldus Jim Harter van Gallup.